CEPHIR Rapport

Zorg bij onverzekerdheid in de regio Rotterdam-Rijnmond

In de afgelopen jaren hebben Nederlandse straatdokters een forse toename gesignaleerd van het aantal patiënten zonder zorgverzekering. Zij waarschuwen zelfs al geruime tijd voor een ‘epidemie van onverzekerdheid’. Die treft onder meer (economisch) dak- en thuisloze mensen, bankslapers, personen met verward gedrag, (gewezen) EU-arbeidsmigranten, buitenlandse studenten en expats. De geconstateerde toename van onverzekerdheid is verontrustend, omdat deze het toch al overvraagde zorgstelsel verder onder druk zet. Bovendien weten we uit wetenschappelijk onderzoek dat juist bevolkingsgroepen waarin onverzekerdheid veel voorkomt een kwetsbare gezondheid en specifieke medische zorgnoden hebben: ten opzichte van de algehele bevolking hebben zij een sterk verminderde levensverwachting en blijken zij vaker te kampen met multi-morbiditeit, middelengebruik en andere psychosociale problemen, zoals schulden, een verstandelijke beperking en een beperkt of afwezig sociaal vangnet. Suboptimale en niet verleende zorg kunnen leiden tot onnodige of zelfs onherstelbare gezondheidsschade bij de onverzekerde mensen in kwestie, en ook tot maatschappelijke kosten als gevolg van veiligheidsproblemen en uitgestelde en daardoor duurdere zorg.

Bovengenoemde alarmerende signalen en ontwikkelingen waren voor de gemeente Rotterdam de aanleiding om de afdeling Maatschappelijke Gezondheidszorg van het Erasmus Medisch Centrum een evaluatieonderzoek te laten uitvoeren naar de Subsidieregeling medisch noodzakelijke zorg aan onverzekerden (SOV) in de regio Rotterdam-Rijnmond. Deze Subsidieregeling beoogt de drempel tot het verlenen van medisch noodzakelijke zorg aan patiënten zonder zorgverzekering te verlagen door zorgaanbieders hiervoor te subsidiëren. Om de onverzekerde patiënten te kunnen toeleiden naar een zorgverzekering en – vanwege vaak aanwezige meervoudige problematiek – maatschappelijke ondersteuning, was er aan de SOV tot 1 augustus 2022 een meldplicht gekoppeld (die met terugwerkende kracht tot 1 maart 2022 is komen te vervallen).

Uit het evaluatieonderzoek kan worden geconcludeerd dat de SOV voorziet in een groeiende behoefte, maar dat er desalniettemin nog veel belemmeringen zijn in de toegankelijkheid en continuïteit van zowel de medische zorg als de maatschappelijke ondersteuning voor mensen zonder zorgverzekering. De SOV kent veel administratieve hindernissen en de bekendheid van de regeling is niet altijd in alle lagen van zorgorganisaties doorgesijpeld. Ook bij de patiëntendoelgroep is de regeling vaak onbekend. Dit resulteert enerzijds in zorgmijding, zorguitstel of zorgvertraging bij de onverzekerde mensen die zorg nodig hebben en anderzijds in financiële en zorginhoudelijke reserves bij zorgprofessionals. In de regio Rotterdam-Rijnmond ervaren maatschappelijk hulpverleners en beleidsmakers momenteel onduidelijkheid en gebrek aan overeenstemming over rollen en verantwoordelijkheden in de maatschappelijke ondersteuning van zorgbehoevende mensen zonder zorgverzekering.

Meer CEPHIR publicaties

  • februari 2019

    Gezondheidsbeleid bij bedrijven

    De proportie werknemers die een bezoek aan huisarts, specialist, fysiotherapeut of psycholoog hebben gebracht in de afgelopen 12 maanden significant hoger is onder werknemers met een lager werkvermogen. Tevens is onder deze werknemers het gemiddeld […]